Saturday, April 28, 2007

Waar we heengaan zullen we nog wel zien

He he gelukkig weer samen! Rob was toch gekomen om samen vakantie te houden? Nou zover heb ik hem nog niet veel gezien. Ik vind het wel mooi hoe hij in van alles en nog wat verzeild raakt om de wereld te verbeteren maar dat versta ik niet onder samen vakantie houden. Ach ik begin er maar niet over anders vindt-ie me straks nog een onontwikkelde ongeletterde onwetende onkundig zijnde ongeinteresseerde dingo en dat label wil ik niet. Veel te lang voor om m'n nek. Dat kleine hondenbelastingplaatje vind ik al lastig.
Goed hier pruttelen we weer rond in onze yellow submarine maar ik zou wel weer eens vaste grond onder de poten willen hebben en lekker frisse lucht inademen. Lekker de ruimte om te kunnen rennen! Robbie schijnt heel z'n hond-zijn te vergeten als hij met die ingewikkelde mensenmaterie bezig is. Hoe stuurt dit ding eigenlijk? Ik bedoel het is een ding net als een auto een ding is en dat moet ook bestuurd worden maar dat heb ik nog nooit een hond zien doen. Ik heb weleens op de baas gelet maar ik zou het hem niet na kunnen doen. Ik heb de verkeerde bouw en m'n lijf is te kort. KEDENG!! Wat is dat nou? Ik heb pijn aan alle kanten van m'n lijf. Robbie, Vince en ik rollen holderdebolder over elkaar. Nog een paar keer het harde gekleng van metaal op metaal en dan alleen maar het heen weer wiegen van de onderzeeer en het klotsen van heen en weer gaand water. 'Wat is dat?!!' 'We hebben iets geraakt' zegt Robbie, 'en het lijkt erop dat we vastzitten.' O nee he niet weer een onderwateravontuur? Hou het voor je Lindy. Laat Rob niks merken. Ga maar moederlijk doen. 'Vince waar ben je? Is alles goed met je?' 'Ja leuk he net een rollercoaster maar dan in het donker in het water! Gaaf ome Rob kan je niet altijd bij ons blijven? Veel leuker dan een achtertuinen leven met af en toe uitgelaten worden!' Robbie grinnikt. Ja hoor ik zal wel weer vrouwelijke spelbreker zijn! Waarom begrijpt niemand mij ooit? Misschien ben ik te lang solohuisdingo bij twee gezapig levende bazen geweest? 'Ome Rob! Kom kijken hier door het raampje! Het zit nu aan de bovenkant.' 'Ja jongen dat zou ik wel doen als je van m'n kop af ging met die achterpootjes van je.' 'O sorry ome Rob, ik vond het al zacht en harig onder m'n kussentjes.' 'Je hebt geluk dat je nog niet zo zwaar bent. Hier Lin probeer jij hem bij z'n nekvel te grijpen aan deze kant dan hou ik m'n kop schuin en laat hem langzaam naar beneden glijden. En jij Vincey zet je nagels niet schrap in m'n kop. Ik wil een ongehavend voorkomen houden voor als ik nog eens indruk wil maken op het vrouwelijk schoon.' O hij is Agaat nog niet vergeten dus. 'Aaaa' kermt Vince als ik hem in z'n nekvel te pakken heb en hem met een vloeiende neerwaartste beweging en een dof bonsje op de ondergrond laat landen. Ik geef hem maar wat magische moederlikken om hem tot bedaren te brengen. Robbie staat ondertussen al op z'n achterpoten door het raampje dat nu aan het dak zit te kijken. 'Hondjes jullie zullen het niet geloven maar we zijn in een schip aanbeland. Niet een gewoon schip, want ik weet wel hoe die eruit zien, maar in een wrak.' 'Yessss' roept Vince, 'Bontekoe, schatten, scheepshonden!' Waar heeft die pup die wijsheid nou weer vandaan? 'Ik wil je niet teleurstellen jonge maat maar dit wrak is veel jonger en niet van hout gemaakt.' 'O ja hout klinkt anders. Kunnen we hieruit ome Rob en het wrak gaan verkennen?' 'Ja zodra het eb is. We zitten niet ver uit de kust want ik kan het strand zien liggen.' 'Jippiiiie! Hoe lang duurt dat?' 'Een uurtje of twaalf hooguit. Ik denk dat het wrak droog komt te liggen bij eb dus dan kunnen we mooi de deur open doen van deze viskom want dat zal ons nu met geen mogelijkheid lukken met al dat water om ons heen.' Wel ja een uurtje of twaalf. Vince is door het dolle heen! Waarom kan niks nou eens gewoon vloeiend verlopen? 'Wel een vloedend verloop van onze landing he Lin? Nou nog even wachten tot het ebbend wordt', grinnikt Robbie. Kan die reu van een neef mijn gedachten lezen? Hij kan zeer beslist de uitdrukking op mijn gezicht niet zien in de donkerte hier beneden. 'Grrrrrrr' 'O Lin wat ben je mooi als je boos bent.' 'Hoe kan jij nou zien dat ik boos ben?' 'Het licht hier door het bovenraam valt als een schijnwerper op je. Je bent prachtig!' 'Ja fijn maar wat gaan we doen in de tussentijd?' 'Dutje?' 'Terwijl Vince ons gebruikt als trampoline? Die pup valt niet meer te houden.' 'Maar ome Rob het bovenraam steekt toch boven het water uit, dan kunnen we het toch proberen open te maken?' 'Slim gedacht jongen! Ik wist wel dat je moeder het goed zag toen ze je wilde adopteren. Ik kom met m'n voorpoten naar beneden en ga liggen, jij klimt op m'n rug en houdt aan m'n schouders vast, dan ga ik weer op m'n achterpoten staan en jij klimt op m'n schouders, maar kijk uit voor m'n vacht he want ik wil er niet komen uit te zien als een of andere doerak want ...' 'Want je wil nog met een leuke tante trouwen en er niet als een vechtersbaas uitzien.' 'Wijsneus dat had ik tegen m'n oom moeten zeggen. Schiet nou maar op en hang niet zo aan m'n halsband, je keelt me bijna. Ja dat is beter zo. Nee poot op m'n schouder zei ik niet in m'n oog!' Vince giert het uit. Ik wil eerst nog helpen maar ze gaan samen helemaal op in hun gesoebat. Ik laat ze maar. Nog een paar uutjes en dan hebben we eindelijk de vrije ruimte. Die paar uurtjes kunnen ook nog wel. Hoe zou het zijn met m'n plekje op het balkon? Die knappe reuen lopen vast nog dagelijks voorbij. Die zijn inmiddels vast allang vergeten om even op te kijken en atletisch voorbij te lopen. Ach wat kan de tijd snel gaan soms. 'Mam! mam! wordt wakker!' He wat? Waar ben ik? O het is Vince. 'Het is eb we kunnen eruit!' 'Is het gelukt met het raam?' Robbie en Vince rollen over de grond van het lachen. 'Nee joh als we onze balans hadden gevonden dan konden we niet bewegen en als we gingen bewegen dan verloren we onze balans, maar we hebben wel gelachen he Vince?' En meteen proesten ze het weer uit. 'Dus hoe komen we hier uit dan?' 'Nou gewoon door het deurtje hier achter je.' Nou ja het gepoespas ontgaat me maar ze hebben zich duidelijk vermaakt dus wat zal het? Robbie maakt de deur open en ik ruik vrijheid. Ik spring naar buiten en roep: 'Komop rennen jongens zover we maar kunnen!' Ik spring van het wrak en zie een eindeloos lang strand voor me en ga ervoor. Achter me hoor ik Vince bedelen: 'Toe ome Rob kunnen we niet eerst naar de schat zoeken?' Iets zegt me dat ik niet voor m'n sprint moet gaan nu we eindelijk een roedel hebben maar ik kan m'n drang niet onderdrukken en schiet als een speer vooruit. Eindelijk m'n poten strekken. Volle dingokracht vooruit!

Monday, April 23, 2007

Powerwood, fotosynthese en wegwezen

Free Image Hosting at www.Googang.net



Ik neus nog even rond in de controlekamer waar Abdullah net was. Ik zou zo gauw ook niet weten waar ik Lindy moet vinden. Ik kijk maar eens wat er zoal bij de knopjes en hendeltjes staat. Bij het labeltje Powerwood zitten allerlei lampjes en knopjes, ook een knopje met met up en down. Wat ik me bij Powerwood nu weer moet voorstellen, geen idee. Een krachtig bos? En waarom zou dat op en neer moeten kunnen?
Aan een van de muren hangt een tekening waar Powerwood opstaat. Er zit een plattegrond bij waarop ik kan zien hoe ik er moet komen. Nou, een kijkje nemen zal toch geen kwaad kunnen? Ik prent de route in mijn hoofd en ga op pad. Al snel heb ik de toegangsdeur gevonden. Op slot, zo te zien heb je een pasje nodig.
Dan hoor ik voetstappen naderen, ik schiet de toiletten in en loer door een kier.
Een man in een witte jas gaat met zijn handen vol op de deur af. Op het moment dat hij een pasje uit zijn zak haalt sta ik al achter hem. Ik glip samen met hem naar binnen en verschuil me achter een kast. Hij sluit de deur met zijn knie en heeft mij niet in de gaten. Hij heeft meer aandacht voor wat hij meedraagt. Ik wandel bij hem vandaan om verder rond te kijken. Ik kom aan bij een enorme grote ronde ruimte waar ik allerlei hydraulische stangen in de hoogte zie steken. Dan gaan allerlei zwaailichten en knipperlichten in werking en ook hoor ik om de paar seconden een zware alarmtoon. Aan de stangen te zien komt er iets heel groots langzaam naar beneden. Maintenance in progress zie ik op een knipperend bord staan. Dan komt achter de glazen wand een enorme vloer naar beneden. Die is wel drie meter dik. Dan komt de oppervlakte in beeld. Met een enorm sissend geluid komt de vloer tot stilstand. Ik zie een enorm bos, maar het zijn geen echte bomen. Alles staat gelijkmatig opgesteld. De metershoge 'bomen' dragen geen bladeren, het lijken meer een soort dakpannen. Er klinken wat vreemde tonen en de dakpannen maken een draaiende beweging. Opeens staan er allemaal kolommen in plaats van bomen. Door een soort sluis lopen allerlei mensen in grijze pakken het bos binnen. Met lange stokken worden de kolommen schoon gemaakt. Veel meer als vogelstront kan ik er niet op ontdekken. Blijkbaar dient dit om zonlicht op te vangen. Maar het lijkt in de verste verte niet op wat wij onder zonne-energie verstaan. In minder dan geen tijd is alles alweer schoon. Dan voeren ze reparaties uit aan onwillige dakpannen. In een hoek ligt een dakpan wat waarschijnlijk een voorgaand model is. Een stuk kabel steekt eruit. In een soort proefopstelling staat een nieuw model dakpan waarachter stangen en slangetjes zichtbaar zijn die voor de beweging zorgen. "Interessant Robbie?". Ineens staat Abdullah voor mijn neus. "Best wel", kan ik nog net uitbrengen. "Tja, hier voldoen we aan onze energiebehoefte Robbie. Het werkt met fotosynthese. Zo maken we zonnebrandstof, we bootsen de natuur na. Met wat we hier op een dag produceren kunnen we de stad New York een jaar van energie voorzien. Al onze onderzeeërs en andere vaartuigen, alles kunnen we zelf ruimschoots van energie voorzien. Het wereldenergieprobleem hebben we hier allang opgelost. Alleen het grootkapitaal houd ons uit alle macht tegen. De man die dit uitgevonden heeft hebben we bij toeval kunnen redden. Er werd een aanslag gepleegd op zijn zeiljacht, niet alle explosieven gingen af. Bij toeval waren we met een van de onderzeeërs in de buurt. In die tijd werkten ook wij nog met fossiele energie, al deden we ook al veel met zonnepanelen. Kom, we gaan je vrienden opzoeken." Tjonge wat een verhaal, het lijkt me niet gepast om nu te beginnen over het al dan niet gedwongen verblijven van mensen hier. "Ja Robbie, de mens is een raar ding. De man die wilde vluchten had ook geheimen bij zich. Hij dacht dat wel te kunnen verkopen. Van die te verwerven rijkdom zou hij waarschijnlijk niet lang kunnen genieten." Ik denk weleens dat Ab al mijn gedachten kan lezen. "Gaan jullie hem nu opsluiten?" "Nee hoor, elk mens heeft zijn zwakheden. Maar hij krijgt natuurlijk voorlopig wel begeleiding." Dat is wel logisch natuurlijk. Dan zijn we weer bij Lindy en Vincey, Ab's tulband waait bijna af van het gekwispel. "Eindelijk, we begonnen ons behoorlijk te vervelen." valt Lindy met de deur in huis. "Ik moet even denken jongens, de Nautilus7 is op reis. Ik moet even verzinnen wat we hier nog hebben." Hij pakt een telefoon en vraagt even op wat er vrij is. Al gauw wenkt hij ons en hobbelen we vrolijk achter hem aan. Even later komen we weer in een hermetisch afsluitbare ruimte. Hier is ook weer zo'n geel duikbootje, net weer even anders dan die van de vorige keer. "Deze kan wat dieper duiken Robbie". Ik werd weer gelezen geloof ik. Al snel zijn we onderweg. Even bijkomen van dit avontuur. Ik ben benieuwd naar wat ons te wachten staat in Wynnum.

Saturday, April 21, 2007

Een vluchteling op het spoor

Free Image Hosting at www.Googang.net


Tijdens het terugwandelen nam ik een verkeerde afslag. Het is echt een wirwar van tunnels hier. Knap donker ook. Af en toe een schijnsel uit een rooster. Ik had mijn hoofd er even niet bijgehouden en nou zit ik verkeerd. Ik snuffel even en ruik hier geen mensengeur meer ook.
Even verderop ruik ik een ziekenhuisluchtje. Zou Sam daar liggen? Ik volg mijn neus maar weer. Net als zoëven kan ik weer naar beneden lopen. Nu loop ik weer naast een ruimte in plaats van erboven. Ik hoor ook stemmen. Daar is een rooster.
Ik kijk er weer door en zie een zuster en een onbekende man. Dat is niet Sam in ieder geval. Deze
man is wat ouder. Niet iedereen komt even goed terecht natuurlijk, als zo'n schip onverwacht de kelder in gaat. Er wordt in ieder geval goed voor je gezorgd zo te zien. De man ziet er behoorlijk verward uit, maar de zuster is in een goede stemming dat is wel duidelijk. Ze spreekt hem opgewekt toe, dat zal dus wel goed komen. Ik besluit weer verder te gaan. Ik kom vast nog wel een geschikte uitgang tegen. Hee, volgens mij hoor ik Abdullah praten. Ik versnel mijn pas en ga op het geluid af. Daar is Ab in een soort controlekamer. Hij is in gesprek met iemand die achter een kolom staat. Buiten mijn gezichtsveld dus. Ze hebben het over gestolen duikspullen en iemand die wil ontsnappen. "Ik hoop dat je hem snel zal vinden Abdullah. Je moet er toch niet aan denken dat de dief er mee naar buiten gaat op deze diepte. Dat is gelijk einde verhaal. Spoor hem op en breng hem op andere gedachten." "Natuurlijk sir, ik denk dat de oplossing al op mij staat te wachten". "Dat mag ik hopen Ab, je weet me te vinden", de man beent driftig weg. "Kom binnen Robbie", het lijkt wel of Ab me dwars door het rooster aan kan kijken. Ik druk voorzichtig met mijn neus tegen het rooster, dat zwaait hierop als een deurtje open. "Ik weet dat je graag weg wilt. Maar je moet me even helpen. Die neus van jou komt me goed van pas met dit probleem. Heb jij nog een mensengeur geroken in die ventilatieschachten?" Ik kan niet anders dan dat beamen, Ab weet het natuurlijk allang weer. Ach, het is voor mij een peulenschilletje en als we hier daarna maar weg kunnen vind ik het best. Ik krijg een klein soort chipje mee dat ik tussen de duikkleding moet verstoppen. Terug het labyrint in dan maar. Al snel heb ik de mensengeur weer te pakken en hoef ik mijn neus maar te volgen om de route te bepalen. Na flink wat bochten naar links en rechts over en langs grote en kleinere ruimten heb ik beet. Hier is de betrokkene eruit gegaan. Voorzichtig observeer ik de ruimte, de geur is hier wel heel sterk. Het is wel een hele kleine ruimte. Weer helemaal volgestouwd met apparatuur. Er hangt een pas gedragen jas over de draaistoel. Een deel van de apparatuur is in gebruik, niet alle wijzertjes staan op nul. Er is niemand aanwezig maar de vraag is of dat lang zal duren. Snel ga ik de ruimte binnen. Verborgen in een doos in een hoek liggen de vermiste duikspullen. Ik frommel het chipje met mijn snuit in een zak van een kledingstuk. Dat lukt maar net. Ik schud er even mee zodat het naar beneden kan zakken. In de verte hoor ik voetstappen naderbij komen, ik trek me snel weer terug achter het rooster. In tijgersluipgang kies ik een wat grotere afstand tot het rooster. Voor hetzelfde geld wil hij de ruimte straks via dezelfde uitgang verlaten als ik. Dan kan ik maar een voorsprongetje hebben. De deur gaat open en de indringer betreedt de ruimte. Ik hoor een gedempte stem maar ruik toch maar een persoon. Praat in zichzelf dus. Ik spits de oren. "Zo, alle voorbereidingen zijn klaar. Vannacht sluipt deze jongen er tussenuit. Ik heb geen zin de rest van mijn leven hier door te brengen. De wereld redden. Het mocht wat. Wat heb ik aan een geredde wereld als ik mijn geliefden niet meer kan zien? Het zal mijn tijd heus wel uitduren met die wereld. Ik ben volgens mij ook niet de enige die weg wil uit deze gekkigheid. Maar het is ieder voor zich. En je weet nooit wie je verrader is. Ik moet ook eigenlijk helemaal niet hardop denken. Mijn vader zei altijd al dat zo'n futiliteit je hard kan opbreken." Het wordt stil. De denker voegt de daad bij het woord. Ik hoor dat hij de spullen oppakt. Voor mij het teken om weer verder te gaan. Zijn woorden zetten me toch aan het denken. Kun je mensen hier wel gevangen houden, ook al is het voor een betere wereld? Daar zijn toch in de geschiedenis zat slechte voorbeelden van te vinden. Al is daar meestal zelfverrijking in extreme vorm de rode draad. Daar heb ik hier nog geen spoor van gezien. Nog niet tenminste. Toch eens vragen aan Abdullah. Als ik terug ben op de plek waar ik hem net zag is hij verdwenen. Waarschijnlijk om onze duiker bij de kraag te vatten. Nu kunnen we hier nog niet weg. Ik ga Lindy en Vincey maar opzoeken. Ab zal wel weer opduiken, hij zal zijn belofte niet verbreken.

Friday, April 20, 2007

Robbie de speurneus

Free Image Hosting at www.Googang.net


Abdullah gaat zo op in zijn rondleiding en zijn gasten dat er voor mij niet veel aan is. Naar hetgeen ik echt nieuwsgierig ben hoor ik niks, dus ik ga maar eens verder op onderzoek uit. Ik glip de ruimte uit en de gang in. Wat een doolhof. In een van de gangen zie ik een rooster dat half open staat. Ik kan ruiken dat daar iemand binnen is geweest. Het is wel al een paar dagen geleden. Ik besluit er naar binnen te gaan.
Ik kom terecht in een soort tunnel, een mens zou zich hier kru
ipend moeten voortbewegen. Ik kan lekker rechtop lopen.Het is een wirwar van gangen ook hier. Ik volg de mensengeur maar even. Regelmatig passeer ik roosters waardoor ik naar beneden kan kijken . Tot nog toe waren alle ruimtes leeg. Zo word ik nog niet veel wijzer.

Dan hoor ik stemmen uit een zijgang komen. Daar gaan we maar eens poolshoogte nemen. Deze gang loop schuin naar beneden, aan de zijkanten lopen allemaal kabels. Aan de zijkant zit een rooster waardoor ik op de ruimte uitkijk. Voor een soort schoolbord staat een kalende man in een witte jas iets uit te leggen. "Zoals gezegd, alles wat u hier gezien heeft moet geheim blijven. Stukje bij beetje wordt het natuurverschijnsel zelf al hier en daar onderkend. Maar gelukkig blijven wetenschappers elkaar altijd tegenspreken. Ivan T. Sanderson, bioloog en onderzoeker van abnormale verschijnselen, verklaarde al dat er niet één of twee, maar wel twaalf geheimzinnige gebieden rondom de aarde konden worden gevonden. Sanderson noemde deze gebieden de Woeste Wervelingen, omdat er daar een onevenredig groot aantal verdwijningen, UFO-waarnemingen en andere merkwaardige voorvallen bleek voor te komen. Tien ervan lagen volgens hem 72º uit elkaar, verspreid over het noordelijk en het zuidelijk halfrond, en strekten zich uit tussen de 30ste en de 40ste breedtegraad: het gebied boven Afghanistan en Pakistan, de Duivelszee, het gebied ten noordwesten van Hawaï, de Bermuda Driehoek, de Middellandse Zee, de oostkust van Zuid-Afrika, de Tasman Zee voor de kust van Australië, de Indische Oceaan, het zuidoosten van de Grote Oceaan en de oostkust van Zuid-Amerika. De laatste twee gebieden werden gevonden op de beide polen. Hij overleed voor hij met echte bewijzen kon komen. Ik zeg alleen dat hij er niet ver naast zat."

Er klinkt een druk geroezemoes uit de ruimte. Hij vervolgt zijn verhaal. "Op de zeebodem in deze gebieden, met als bekendste de Bermuda driehoek, heerst een hoge druk. Want het is daar vreselijk diep en elke 10 meter méér de diepte in stijgt de druk een atmosfeer.
Op een diepte van 500 meter komt er methaangas uit de zeebodem. Door de hoge druk verandert het gas in ijskristallen. Dit ijs zit in de bovenste lagen van de zeebodem, maar kan bij een onderzeese aardverschuiving weer, terug veranderen in methaangas. Als bij zo'n aardverschuiving veel gas omhoog komt, is de zee als een pan melk die overkookt.
Het zeewater borrelt, pruttelt en wordt wit. Komt er heel veel methaangas vrij, dan kan het water geen schepen meer dragen.

gasbellen


Het gas verdunt het water zo, dat het zijn draagvermogen kwijtraakt. De gasbelletjes maken het water wit en ondoorzichtig. Noodgedwongen moeten schepen hun motoren stoppen, omdat het water niet langer bruikbaar is als koelwater.
Maar het methaangas blijft niet in zee. Het stijgt op en vormt dikke wolken. Zo kunnen vliegtuigen verdwijnen als ze de onzichtbare wolken van explosief methaangas binnenvliegen.
Men denkt dat de vliegtuigresten waarschijnlijk begraven worden onder het slib, op het moment dat de bodem weer tot rust komt. De waarheid is dat wij de vliegtuigen verwijderen. Alles trouwens."

Een van de aanwezigen steekt een vinger op alsof 'ie op school zit. "Ja?" "En de op hol geslagen kompassen waar overlevenden het soms over hebben?" "Die zijn te verklaren doordat met het vrijkomen van gas een magnetisch veld ontstaat", herneemt de man. Ik zie iemand naar het rooster toekomen en besluit weer terug te gaan. Ik weet wel genoeg zo. De meeste mensen die hier terecht komen mogen hier volgens mij nooit meer weg. Brr, dat gaat mij te ver. Ik ga Abdullah maar eens opzoeken en vragen of Lindy, Vincey en ik hier weg mogen.

Wednesday, April 18, 2007

Sam maakt een nieuw begin

Free Image Hosting at www.Googang.net




Tjonge, dit is allemaal wel heel anders gelopen dan ik dacht. Lee is er met het jacht vandoor. Die voelde nattigheid en dacht 'wegwezen'. Ze hebben hem laten gaan. Hij zal ze wel ongeschikt voorgekomen zijn voor een nieuw leven. Daar hebben ze dan, denk ik, wel gelijk in. Hij is onverbeterlijk. Heeft het jacht waarschijnlijk al verkocht en is op zoek naar nieuwe onfrisse zaakjes.
Ik grijp de kans voor een nieuw begin met beide handen aan. Met Jack komt het ook goed volgens Abdullah. Dat was schrikken zeg met die haai, maar het was dus even niet wat ik dacht. Ze hebben hier flink wat know-how in huis. Lee zou die haai gelijk willen stelen en verkopen.
Ik ben nu op weg naar de haven van Brisbane. In het kader van uitwisseling mag ik daar voorlopig aan het werk. Watermonsters nemen. Ik ben in een heel andere wereld terecht gekomen nu. Kan mijn steentje bij gaan dragen voor het milieu. De organisatie waar Abdullah deel van uitmaakt heeft uitlopers naar alle organisaties die zich met het milieu bezighouden. Over de hele wereld. Dus ik kan straks over de hele wereld uitgezonden worden. Een enorme uitdaging. Ongelofelijk eigenlijk dat er zo'n geheim netwerk kan bestaan. De geheime diensten van heel veel landen werken eraan mee. Het meest verbazende is nog dat er ook een connectie bestaat naar de wereld waarvan iedereen denkt dat het alleen in fantasie bestaat. Het is
waarschijnlijk ook de enige manier om de wereld nog te kunnen redden. Alle handen ineen slaan. En er worden heel snel beslissingen genomen. Als dat vanuit regeringen zou moeten komen ben je altijd te laat. Er is nogal wat onheil dat we moeten proberen te keren.
Ik kijk nog maar eens naar de foto van mijn nieuwe collega Wayne Young, waarnaar ik onderweg ben.
Het lijkt wel vakantie, een beetje ronddobberen en watermonsters nemen. Ik heb er enorm veel zin in. Ze hebben zelfs een huis voor me geregeld in Wynnum. Wat kan een mens zich nog meer wensen?
Ik zou die Robbie nog wel eens willen zien. Volgens Ab is dat geen probleem. Een van die hondjes die ik in die minisubmarine zag woont volgens hem in Wynnum. Met die vriendjes van Robbie wil ik dus ook wel kennis maken. Tja, het is dan wel niet mijn Robbie van toen. Maar in het kader van mijn geredde leven wel een beetje 'mijn Robbie van nu'.

Saturday, April 14, 2007

Maar ik kan dromen

Nou ik laat me maar meesleuren op de golven van Robbie's avontuur onder zee. Ik heb er niet zoveel mee. Het is allemaal zo vaag voor me. Vince neemt het zoals het komt maar dat doe je op die leeftijd. Alles is spannend en het is zoals het op je afkomt; gewoon dus. Ik zal blij zijn als we weer poot aan vaste grond hebben. Ik heb geen zin meer om verder te kijken. Het lijkt allemaal veel op hetzelfde. Ik wil de wereld wel redden hoor maar dan op de plek waar ik thuis hoor: aan wal. Ik snap het ook niet. Die Ab weet en kan zoveel maar toch duurt het allemaal zo lang. Ab is iemand van het kaliber aan wie je geen vragen stelt. Robbie is zwaar onder de indruk van alles en lijkt ook enorm verwikkeld in hetgeen hier aan de hand is. Dus ik laat hem maar. Ik wil hem niet ongemakkelijk doen voelen door mijn in twijfeltrekkerij, onvrede of ongemak. Dat weet ik zelf nog geeneens precies dus des te meer reden om m'n bek dicht te houden. Ik zag daar net een makkelijk en beschut plekje bij de uitgang, ik denk dat ik daar maar eens post ga vatten en voorlopig weer een low profile hou. Vince kan geen kwaad hier, die kan op zijn gemak verkennen als hij genoeg heeft van bij mij liggen en z'n tomeloze jonge pup energie weer moet onladen. Zo ogen sluiten en waar zal ik nu weer eens over gaan fantaseren? Voorop de motorfiets! Zou de baas al een motorfiets hebben?

Tuesday, April 10, 2007

Geheim onderzees controlecentrum

Free Image Hosting at www.Googang.net



Ik ben blij dat het pak weer uit is. Dat beweegt toch wel wat makkelijker. Ik ben ook blij dat ik weer bij Lindy en Vincey ben. Abdullah is tevreden over de operatie. Hij laat me zo zien waar die afstandsbediening voor is. Hij lacht er geheimzinnig bij. Sam wordt op een brancard afgevoerd. Ik zie opeens allemaal mensen aan boord. Zo te voelen varen we alweer. En niet zo langzaam ook.
We volgen Abdullah door de kleine gangetjes. We komen weer aan hij een klein kamertje en gaan er naar binnen. Ook deze ruimte is volgestouwd met knopjes, hendeltje
s en beeldschermen. Abdullah laat me de afstandbediening zien.
SharkControl staat erop. Ik kijk hem niet begrijpend aan. Lin
dy grinnikt, zij weet het natuurlijk al. Ik zie een bekende haaienkop op het schermpje van de afstandbediening.
"Kijk Robbie, het zit zo", begint Abdullah. "Het is natuurlijk geen echte haai waar Jack in verdween. Daarom zag je o
ok geen bloed. Dit geavanceerde vervoermiddel kan worden gebruikt om één enkele aanvaller tijdelijk uit te schakelen en naar de gewenste locatie te vervoeren. Je wordt naar binnen gehaald, krijgt een injectie en je lichaamsfuncties worden door de apparatuur overgenomen." Hij laat zien hoe hij de haai weer naar binnen liet 'zwemmen' in de ruimte waar ik door naar buiten ging. Daarna spoelt hij nog een stukje verder terug om te laten zien hoe de haai zijn slachtoffer 'verslond'.
Ab zet een beeldscherm aan, hierop is te zien hoe twee chirurgen bezig zij
n met Jack. Alles lijkt naar wens te verlopen. We liggen inmiddels weer stil. "Waar zijn we nu Ab?", vraag ik. "We zijn op onze geheime bestemming aangekomen. Dit is een van de geheime controlecentra die we over de hele wereld hebben. Heb je weleens gehoord van de Bermuda driehoek?". "Jawel, waar die boten en vliegtuigen soms verdwijnen toch?", antwoord ik. "Goed zo, Robbie. Nou er zijn meer gebieden waar dat regelmatig gebeurt. Bij bijna al die plekken hebben we inmiddels van deze centra. Zo zijn we er steeds vaker op tijd bij om, althans een deel, van de mensen te kunnen redden. Die krijgen dan hier een rondleiding en uitleg, zo proberen we ze voor onze zaak te winnen." Ab ziet dat het mij duizelt. "Er komt straks een nieuwe ploeg, dan mag je mee." Lindy is met Vincey een beetje aan het dollen. Voor een pup is er niet veel te beleven hier. "We gaan aan boord van het eiland, kom mee jongens", zegt Abdullah. We volgen hem weer door de nauwe gangen en hij maakt een deur open. Via een sluis zoals je bij vliegtuigen ziet gaan we aan boord van het eiland. Door een klein patrijspoortje kijk ik even naar buiten.
Het eiland is volledig begroeid met een soort alg, het ziet er spookachtig en verlaten uit. maar dat zal wel schijn zijn. We komen terecht in een enorm complex. Abdullah legt uit dat het een aaneenschakeling is van verdwenen boortorens en werkeilanden. Alles is geschikt voor langdurig verblijf onder water. Er zijn wetenschappers, werktuigkundig
en, kortom vakmensen van allerlei gebied aan het werk hier. Gestrande schepen, vliegtuigen en dergelijke worden ontmanteld en de vrijgekomen onderdelen worden voor allerlei projecten gebruikt. Een onderwater recyclingwereld zo'n beetje.
"Kom we gaan de nieuwkomers begroeten." We volgen Abdullah naar een grote controlekamer waar de mensen al aan het rondkijken zijn. Zo'n beetje hetzelfde verhaal van net steekt Ab opnieuw af. Een beetje saai voor ons, dus we snuffelen maar wat rond. De mensen zijn zo onder de indruk van wat ze allemaal horen en zien, dat ze voor drie hondjes niet eens aandacht hebben. Dat zijn we niet gewend, maar
het leven van die mensen staat dan ook volledig op zijn kop. Dan gaat de hele optocht naar een andere ruimte. Lindy heeft geen zin om mee te lopen, Vincey wordt er een beetje balorig van. In mijn eentje loop ik toch maar mee, kijken of ik er nog wat wijzer van kan worden. De deur gaat open en ik zie een enorme grote ronde ruimte. Op een verhoging staat een groepje wetenschappers druk te praten. Ik glip naar voren en ga het trapje op van de verhoging. Zo kan ik de groep mensen overzien. Met open mond kijken ze om zich heen. Er zijn dan ook indrukwekkend veel constructies waar te nemen. Geen idee waar het allemaal voor is hoor. Maar Ab lijkt wel alles te weten. Ik heb zo het idee dat we nog veel meer te horen zullen krijgen. Hoe zou het eigenlijk met Sam zijn?

Sunday, April 8, 2007

Robbie de Zeehond neemt een duik

Free Image Hosting at www.Googang.net


Nou, daar gaat 'ie dan. De deur gaat dicht, het duikerspak heb ik aan. Op het beeldscherm kan ik Abdullah zien achter een bedieningspaneel. Wat een wijzertjes allemaal joh. Dat hij daar wijs uit kan. Daar begint het water naar binnen te stromen. Zo, dat gaat sneller dan verwacht. Speciale instructies heb ik niet, ik hoef Sam alleen maar mee te lokken. Veel meer dan zwemmen kan ik trouwens ook niet in dit pak. Het is erg zwaar, maar volgens Ab heb ik daar in het water niet zo'n last van.
De ruimte is volgestroomd. Ik zie Ab op allerlei knopjes drukken. Hij zwaait naar me, de deur gaat open. Ik zwem naar buiten, wat een ervaring zo onder water. Een hele andere wereld gaat voor mij open en nieuwsgierig zwem ik erin. Robbie de Zeehond, hi hi. Maar wel serieus blijven nu. Op zoek naar Sam.

Daar zie ik iemand zwemmen. "Ga maar naar hem toe Robbie, dat is Sam." Ik krijg Abdullah glashelder door onder water. We hadden het binnen al getest, maar het is fijn dat het hier ook werkt. Sam zwemt juist naast wat kabels en ik zwem met een boogje naar hem toe zodat hij mij kan zien. Hij laat de kabels voor wat ze zijn, zwemt verder en krijgt me dan in beeld. Hij draait naar me toe en kijkt me recht in de ogen. Ik krijg een blik van herkenning maar dat is niet wederzijds. Ik ken hem niet zoals hij mij lijkt te kennen. Ik herken hem uit de vluchtige blik in de hut en van de beelden die Abdullah heeft laten zien. Ik maak kennelijk iets bijzonders bij hem los. Nu ik doordenk zal dat ongetwijfeld aan mijn gelijkenis met zijn hond van vroeger liggen.
Hee, daar komt die andere duiker in beeld. Ja zeg, die wil gaan schieten geloof ik. "Wat moet ik doen Abdullah?", ik hoop dat Ab me hoort. "Geen zorgen Robbie, hij kan je niet raken. We komen er al aan, alles is onder controle."
Sam gaat voor me zwemmen. "Als hij Sam raakt Ab?". "Als hij schiet kan hij alleen zichzelf raken, Robbie". Dat stelt mij gerust maar dat weet Sam natuurlijk niet. Ik zwem achter Sam vandaan en probeer hem mee te krijgen. Dan zie ik Ab, Lindy en Vincey aankomen in een geel miniduikbootje. Sam's maat raakt in paniek en legt aan. Hij schiet. En raakt inderdaad zichzelf. Ik kijk naar Sam's reactie, die is behoorlijk paniekerig. Dan zie ik een blik van ongeloof en ontzetting. Ik draai om en zie zijn maat in een enorme haai verdwijnen. De ontzetting die in de tot haaienvoer gereduceerde duiker's ogen staat te lezen is nog veel groter. Hij verliest zijn bewustzijn en is het volgende moment verdwenen. "Geen zorgen Robbie, komt goed", tettert Ab in mijn oor. Ja, ja, nou hoe dat nou goed moet komen weet ik niet. Dan zie ik dat ook Sam het bewustzijn verliest. Die is natuurlijk in shock. "Houd je vast, Robbie", Ab manouvreert behendig met het duikbootje en pikt Sam aan. Ik klamp me vast en zo varen we terug naar de grote onderzeeboot. We varen in een speciale ruimte de Nautilus7 binnen. Achter ons sluit een grote deur de ruimte weer af. Het water loopt kolkend uit de ruimte.
Lindy, Vincey en Abdullah stappen uit het gele duikbootje. Ab heeft een grote, soort futuristische afstandsbediening in zijn handen.

Friday, April 6, 2007

Duikvlucht Yellow submarine

Free Image Hosting at www.Googang.net


Daar zwem ik dan weer. Prachtig is het hier onder water. Maar echt genieten doe ik er niet van. Ik krijg steeds meer het gevoel dat ik totaal verkeerd bezig ben. Ik weet ook wel dat ik fout zit natuurlijk. Op de een of andere manier had ik daar nooit zo'n moeite mee. Maar door alle gebeurtenissen van de laatste tijd ga je toch wat meer nadenken. Ik heb een hekel aan geweld en die richting wordt ik steeds meer opgeduwd. Zoals laatst in die hut in het bos. Tijdens die ruzie kreeg ik steeds meer zin om hier allemaal mee te stoppen. Maar hoe.
Het gekke was dat ik zelfs dacht mijn hondje van vroeger voor het raam gezien te hebben. Arme Robbie, die leeft allang niet meer. Kan natuurlijk ook helemaal niet dat ik die zag. Hij is tenslotte al achttien jaar dood.
Ooh, wel even zorgen dat ik bij Jack in de buurt blijf. Je wordt lang
zamer van dat denken. Maar dat kun je ook niet even uitzetten. Vreemde droom was dat weer vannacht. We hadden die parel eindelijk gevonden en meegesleept. Bleek het de oorzaak te zijn van een enorme tsunami. Jack vond het onzin. Ik weet het nog niet zo net. Normaal onthoud ik mijn dromen nooit. En dit was griezelig echt allemaal. Maar ja, Jack wil zo snel mogelijk cashen en wegwezen. We moeten daarmee die gasten nog afkopen. Die hadden ook geïnvesteerd in het jacht en de duikspullen. Jack weet wel dat we daar niet onderuit komen. Was ik maar boswachter geworden. Maar ja, altijd de gemakkelijkste weg gekozen. Zo kom je steeds dieper in de ellende. Prachtig is het hier, dat moet toch eigenlijk wel zo blijven. Ik moet ook steeds aan die andere droom denken. Een Aziatische man die me bezweert dat het nog niet te laat is om mijn leven op het goede spoor te zetten. Als dat toch eens waar was.
Hee, wat komt daar aangezwommen? Het is iemand in een duikerspak,
maar wat een vreemde kleine maat. Het komt mijn kant op. Robbie? Waak ik of droom ik? Volgens mij wil hij dat ik achter hem aan kom. Maar ik zal Jack moeten volgen. Waar is die gebleven trouwens? Daar komt hij al teruggezwommen. Maar wat doet hij nou? Hij maakt aanstalten om op Robbie te schieten. Ik gebaar naar hem dat hij niet moet schieten. Die hond heeft geen kwaad in de zin, dus dat lijkt me onzin. Jack gebaart dat ik bij hem weg moet zwemmen. Maar dat vertik ik. Ik laat hem echt niet op die hond schieten. Het kan mijn Robbie helemaal niet zijn, maar wie het ook is, schieten is uitgesloten. Toch gaat Jack door met zijn voorbereidingen om te schieten, ook als ik voor de hond ga zwemmen. Hij is blijkbaar bereid elke prijs te betalen voor zijn toekomstige rijkdom. Hij heeft er zo te zien ook geen moeite mee om op mij te schieten. Wat moet ik doen? Hij doet een poging om op de hond te mikken. Zal ik hem maar in zijn been schieten? Ik heb net nog een paar haaien gezien. Die zijn dan zo hier. Maar als hij die hond schiet komen ze toch ook. Bloed is bloed. Ze zeggen dat dat onzin is, maar wie verteld dat die haaien als ze er wél op af komen? Ik vraag me af wat Lee aan het doen is boven. Op het trekken aan de lijn krijg ik geen reactie. Wat hoor ik nu toch voor een vreemd geluid? Het wordt steeds luider. Er nadert iets dat is duidelijk. Ik zie iets geels aankomen. Het lijkt wel een minisubmarine. Dit loopt echt volledig uit de klauwen. Jack raakt nu echt in paniek, legt aan en schiet. Het projectiel gaat richting Robbie maar verandert als een boemerang van richting. Jack wordt in zijn been geraakt. De minisubmarine komt snel dichterbij. Verrek, dat is die man uit mijn droom! En wat zie ik nou? Twee andere honden zitten erbij. Ik wordt gek! Zo te zien een Dingo en die andere lijkt me een puppie toe. Ik zie er wat vreemds aan. Maar Jack, waar is Jack? Ik draai me om en zie hem met een blik van ontzetting in zijn ogen in een enorme haai verdwijnen. Dit kan niet gebeuren, dit kan niet waar zijn. Kunnen ze niet iets doen in die minisubmarine? Ik wordt licht in mijn hoofd en krijg het steeds benauwder. Is mijn zuurstof op? Ben ik te diep gegaan? Ik, ik.....

Monday, April 2, 2007

Aan boord van de Nautilus7

Free Image Hosting at www.Googang.net








Op naar het strand dus. We groeten Anne en Manitouba en keren terug. Abdullah gebaart op zijn geëigende wijze naar het water. Ik zie alleen een pijpje wat boven het water uitsteekt. En er ligt een haveloos bootje op het strand. We kijken nog even terug en zien hoe het filmdoek zich oprolt en verdwijnt. "Kom we gaan aanmonsteren", zegt Ab. Dat lijkt me een overstatement voor zo'n roeibootje maar ik spring er toch maar in. Lindy en Vincey volgen me. Ook Abdullah stapt in. Met grote snelheid varen we op het pijpje af.
Maar wat is dit nu? Het pijpje gaat omhoog. Een groot grijs gevaarte verrijst uit het water. Nu begrijp ik het, dat is geen pijpje maar een periscoop. het is een onderzeeboot. Nu snap ik dat aanmonsteren. Ons bootje stijgt op uit het water en blijft bij een luik in de lucht hangen. Abdullah staat weer voor niets. Het luik opent zich en we gaan naar binnen. Toch wel krap aan boord van zo'n onderzeeër. Terwijl we door een smalle gang lopen verteld Ab dat zijn opa al eens met een Franse schrijver aan boord van zo'n ding was geweest. Zijn opa was uit die verhalen van die schrijver weggelaten en was daar behoorlijk ontstemd over. Nou, dat zullen wij bij Ab niet doen. Ere wie ere toekomt, zeg ik altijd maar.
We komen aan in een kleine ruimte die is volgestouwd met allerlei apparatuur. Ik ben wat gewend van die Maerskschepen, maar dit slaat alles. Inmiddels zet het schip zich in beweging. We zetten koers naar volle zee om daar te gaan duiken.
Via verschillende beeldschermen kunnen we de situatie onder water volgen. Ab verteld me over de achtergronden van Sam. Hij blijkt ook beelden te hebben van de scene in de hut die ik heb gezien. Ik ben zelfs even in beeld. Ik was daar op tijd weg dat zag ik wel. Een aantal van die mannen is toen met ruzie vertrokken en er zijn er nu nog maar drie over. Waaronder Sam. Op verschillende schermen zijn verschillende beelden te zien. Eén jacht bevindt zich boven water, er is één man aan boord. Op een ander scherm is Sam te zien in een duikerspak onder water. Samen met een andere duiker. Abdullah laat mij een duikerspak zien wat ik aan moet trekken. Er zit ook een zendertje in zodat ik met de Nautilus7 in contact kan blijven. Dat is wel heel prettig. Ik moet in een speciale ruimte om het pak aan te trekken. In die ruimte loopt straks het water naar binnen en dan kan ik naar buiten. Spannend hoor.

Sunday, April 1, 2007

Droomvlucht van een Vliegende Hollander

Free Image Hosting at www.Googang.net



Ik zit hoog in de lucht op het vliegend tapijt. Geen idee hoe dat nou weer kan. Zal Abdullah wel weer achter zitten. Allerlei gedachten stormen me door het hoofd. Terwijl onder mij het landschap voortdurend verandert, probeer ik mijn gedachtenstroom te ordenen.
Niet dat dat erg wil lukken, ik bedenk dat ik bij Lindy toch wel een soort onvrede bespeur. Volgens mij wil ze gewoon lekker naar huis en is ze heel het avonturengebeuren beu. Ze zal wel de pee in hebben dat ik nu weer onderweg ben. Maar dat heb ik zelf eigenlijk ook wel. Als ik nu maar wist waar ik naar onderweg ben? En wat wil ik nou eigenlijk zelf?
Lindy vroeg me op de hond af hoe het nu eigenlijk met mijn gevoel voor Agaat zit. Omdat ik het zelf ook niet weet zeg ik maar niks. Met al mijn avonturen kom ik aan denken nauwelijks toe. Als ik maar even wegmijmer gebeurt er meestal alweer iets.

Als ik zo samen ben met Lindy en Vincey daalt er een soort rust over me heen. Zo'n gezinnetje heeft wel iets. En Vincey heeft naast een moeder ook een vader nodig. Wat doe ik hier? Kom op Ab, kom eens tevoorschijn. Niets.
Er komt een vliegveld in beeld. Waar ben ik toch? Ik vlieg nu zonder tapijt. Waar is dat nu weer gebleven? Er lopen allemaal mensen onder me, zien doen ze me niet. Vreemd. Ik vlieg nu in een gebouw. Een gekrioel van mensen onder me. Balies, lopende banden, wat een drukte. Dan zie ik haar! Agaat! Ze is druk aan het snuffelen bij een paar koffers. Ik maak een landing en ga bij haar in de buurt zitten. Ze gaat zo op in haar werk dat ze geen belangstelling heeft voor haar omgeving.

Dan gaat ze triomfantelijk tegen een van de koffers aanzitten en geeft een korte blaf. Haar begeleider mompelt iets in een apparaatje in zijn hand en opeens ziet het zwart van de uniformen. Een ploegje mannen wordt door hen ingesloten en weggeleid. Agaat is opgestaan en onze blikken ontmoeten elkaar. Er gebeurt verder niets, ze draait zich om en loopt met haar begeleider mee. Op naar de volgende klus.
Ik zit verbouwereerd alweer hoog in de lucht op het tapijt. Ik weet nu nog minder wat ik wil en nader het strand alweer waarvan ik vertrokken was. Ik stik van de slaap en zit te knikkebollen. Ik ga maar even liggen. Alles maalt door mijn hoofd. Voel gekriebel in mijn hals en loer door mijn oogleden. Zie Lindy en mompel "Ben jij het?" en soes verder. Krijg een por in mijn zij. En nog een. Heb hier niet zo'n zin in en wil op mijn rug draaien. Nu word ik ook nog bij mijn staart gevat, hier word ik niet vrolijk van. "Waarom deed je dat?, grom ik. Ze bazelde wat over flimfen. En dan mijn verhalen onsamenhangend vinden. "Flimfen, wat zijn dat nou weer?", i
k hobbel er maar achter aan. Dan zie ik het vanzelf.
"Ik heb net nog alleen gevlogen met het tapijt", probeer ik. "Dat zul je wel gedroomd hebben", bromt Lindy, behendig lopendeweg Vincey tussen ons in manouvrerende. Dat ik daar nou niet op gekomen was. Het was een droom, een droomvlucht. Van mij als een Vliegende Hollander. De betekenis ontrafelen maar. Dat bedoel ik nou, ik mijmer even en er gebeurt weer van alles.
We lopen achter de bosjes en het is net of we een filmdecor inlopen. Daar zijn Anne en Manitouba. Manitouba staat weer weerbarstig met de armen over elkaar. Net als de vorige keer dat ik hem zag. Anne neemt opnieuw dezelfde docerende houding aan die ik al van haar gezien had en richt het woord tot Lindy. Lindy was onvoorzichtig geweest met de parel. Dat moet tijdens mijn slaap zijn geweest. Anne is niet echt kwaad, Lindy hijgt schuldbewust. Dan rolt zomaar een enorm filmdoek uit en staan we als het ware in een openluchtbioscoop. Met verbazing kijken we alledrie naar het doek. Anne bedankt Abdullah dat hij dit mogelijk maakt. Vincey kruipt een beetje achter me weg, de arme pup weet niet wat hij ziet. Lindy en ik trouwens ook niet maar dat laat je zo'n pup niet merken.
We zien een jongen van een jaar of tien samen met zijn hond in een bos lopen. "Goh, dat lijk jij wel Robbie", zegt Lindy. Vincey komt nieuwsgierig wat meer achter me vandaan gekropen. Dan valt de jongen in een diepe kuil. Zijn hond kijkt over de rand maar kan niet bij hem komen. Dan ziet hij een slang die op de jongen afkronkelt. De hond laat een tak op de slang vallen en blaft luid. De slang richt zich op de hond en gaat langzaam op mijn grommende dubbelganger af. De slang heeft een kille blik in de ogen en de hond blijft hem aankijken. Dan wil de slang toeslaan maar de hond is hem te snel af. Met een kordate beet achter de slangekop rekent hij met dit gevaar af. We huiveren. De jongen ligt nog steeds bewegingsloos in de kuil en de hond rent weg. Even later komt hij terug met twee mannen. Die zien de dode slang liggen en de jongen in de kuil. Ze begrijpen aan welk gevaar de jongen door de hond is ontsnapt.
Daar komt Abdullah in beeld. Hij verteld dat dit zo'n twintig jaar geleden is gebeurd. De jongen werd gered, maar raakte later op het verkeerde pad. Het bekende verhaal van de verkeerde vrienden. Dan laat hij zien waar hij nu is. We krijgen onderwaterbeelden te zien. Samen met een andere duiker is hij op zoek naar de grote parel. Abdullah richt het woord tot mij en zegt dat ik de enige ben die de jongen, Sam geheten, op andere gedachten kan brengen. Anne en Manitouba kijken mij verwachtingsvol aan. "OK, ik doe het, zeg maar wat ik moet doen", zeg ik spontaan. "Robbie!", Lindy kijkt me verschrikt aan. "Maak je geen zorgen, Lindy", zegt Abdullah vanaf het doek. "Ik zal hem beschermen, Robbie loopt geen gevaar. Kom naar het water dan zien jullie waar je heen moet".