Sunday, April 1, 2007

Droomvlucht van een Vliegende Hollander

Free Image Hosting at www.Googang.net



Ik zit hoog in de lucht op het vliegend tapijt. Geen idee hoe dat nou weer kan. Zal Abdullah wel weer achter zitten. Allerlei gedachten stormen me door het hoofd. Terwijl onder mij het landschap voortdurend verandert, probeer ik mijn gedachtenstroom te ordenen.
Niet dat dat erg wil lukken, ik bedenk dat ik bij Lindy toch wel een soort onvrede bespeur. Volgens mij wil ze gewoon lekker naar huis en is ze heel het avonturengebeuren beu. Ze zal wel de pee in hebben dat ik nu weer onderweg ben. Maar dat heb ik zelf eigenlijk ook wel. Als ik nu maar wist waar ik naar onderweg ben? En wat wil ik nou eigenlijk zelf?
Lindy vroeg me op de hond af hoe het nu eigenlijk met mijn gevoel voor Agaat zit. Omdat ik het zelf ook niet weet zeg ik maar niks. Met al mijn avonturen kom ik aan denken nauwelijks toe. Als ik maar even wegmijmer gebeurt er meestal alweer iets.

Als ik zo samen ben met Lindy en Vincey daalt er een soort rust over me heen. Zo'n gezinnetje heeft wel iets. En Vincey heeft naast een moeder ook een vader nodig. Wat doe ik hier? Kom op Ab, kom eens tevoorschijn. Niets.
Er komt een vliegveld in beeld. Waar ben ik toch? Ik vlieg nu zonder tapijt. Waar is dat nu weer gebleven? Er lopen allemaal mensen onder me, zien doen ze me niet. Vreemd. Ik vlieg nu in een gebouw. Een gekrioel van mensen onder me. Balies, lopende banden, wat een drukte. Dan zie ik haar! Agaat! Ze is druk aan het snuffelen bij een paar koffers. Ik maak een landing en ga bij haar in de buurt zitten. Ze gaat zo op in haar werk dat ze geen belangstelling heeft voor haar omgeving.

Dan gaat ze triomfantelijk tegen een van de koffers aanzitten en geeft een korte blaf. Haar begeleider mompelt iets in een apparaatje in zijn hand en opeens ziet het zwart van de uniformen. Een ploegje mannen wordt door hen ingesloten en weggeleid. Agaat is opgestaan en onze blikken ontmoeten elkaar. Er gebeurt verder niets, ze draait zich om en loopt met haar begeleider mee. Op naar de volgende klus.
Ik zit verbouwereerd alweer hoog in de lucht op het tapijt. Ik weet nu nog minder wat ik wil en nader het strand alweer waarvan ik vertrokken was. Ik stik van de slaap en zit te knikkebollen. Ik ga maar even liggen. Alles maalt door mijn hoofd. Voel gekriebel in mijn hals en loer door mijn oogleden. Zie Lindy en mompel "Ben jij het?" en soes verder. Krijg een por in mijn zij. En nog een. Heb hier niet zo'n zin in en wil op mijn rug draaien. Nu word ik ook nog bij mijn staart gevat, hier word ik niet vrolijk van. "Waarom deed je dat?, grom ik. Ze bazelde wat over flimfen. En dan mijn verhalen onsamenhangend vinden. "Flimfen, wat zijn dat nou weer?", i
k hobbel er maar achter aan. Dan zie ik het vanzelf.
"Ik heb net nog alleen gevlogen met het tapijt", probeer ik. "Dat zul je wel gedroomd hebben", bromt Lindy, behendig lopendeweg Vincey tussen ons in manouvrerende. Dat ik daar nou niet op gekomen was. Het was een droom, een droomvlucht. Van mij als een Vliegende Hollander. De betekenis ontrafelen maar. Dat bedoel ik nou, ik mijmer even en er gebeurt weer van alles.
We lopen achter de bosjes en het is net of we een filmdecor inlopen. Daar zijn Anne en Manitouba. Manitouba staat weer weerbarstig met de armen over elkaar. Net als de vorige keer dat ik hem zag. Anne neemt opnieuw dezelfde docerende houding aan die ik al van haar gezien had en richt het woord tot Lindy. Lindy was onvoorzichtig geweest met de parel. Dat moet tijdens mijn slaap zijn geweest. Anne is niet echt kwaad, Lindy hijgt schuldbewust. Dan rolt zomaar een enorm filmdoek uit en staan we als het ware in een openluchtbioscoop. Met verbazing kijken we alledrie naar het doek. Anne bedankt Abdullah dat hij dit mogelijk maakt. Vincey kruipt een beetje achter me weg, de arme pup weet niet wat hij ziet. Lindy en ik trouwens ook niet maar dat laat je zo'n pup niet merken.
We zien een jongen van een jaar of tien samen met zijn hond in een bos lopen. "Goh, dat lijk jij wel Robbie", zegt Lindy. Vincey komt nieuwsgierig wat meer achter me vandaan gekropen. Dan valt de jongen in een diepe kuil. Zijn hond kijkt over de rand maar kan niet bij hem komen. Dan ziet hij een slang die op de jongen afkronkelt. De hond laat een tak op de slang vallen en blaft luid. De slang richt zich op de hond en gaat langzaam op mijn grommende dubbelganger af. De slang heeft een kille blik in de ogen en de hond blijft hem aankijken. Dan wil de slang toeslaan maar de hond is hem te snel af. Met een kordate beet achter de slangekop rekent hij met dit gevaar af. We huiveren. De jongen ligt nog steeds bewegingsloos in de kuil en de hond rent weg. Even later komt hij terug met twee mannen. Die zien de dode slang liggen en de jongen in de kuil. Ze begrijpen aan welk gevaar de jongen door de hond is ontsnapt.
Daar komt Abdullah in beeld. Hij verteld dat dit zo'n twintig jaar geleden is gebeurd. De jongen werd gered, maar raakte later op het verkeerde pad. Het bekende verhaal van de verkeerde vrienden. Dan laat hij zien waar hij nu is. We krijgen onderwaterbeelden te zien. Samen met een andere duiker is hij op zoek naar de grote parel. Abdullah richt het woord tot mij en zegt dat ik de enige ben die de jongen, Sam geheten, op andere gedachten kan brengen. Anne en Manitouba kijken mij verwachtingsvol aan. "OK, ik doe het, zeg maar wat ik moet doen", zeg ik spontaan. "Robbie!", Lindy kijkt me verschrikt aan. "Maak je geen zorgen, Lindy", zegt Abdullah vanaf het doek. "Ik zal hem beschermen, Robbie loopt geen gevaar. Kom naar het water dan zien jullie waar je heen moet".

No comments: